Ik leer Nederlands – Eu aprendo Holandês
Waarom leer jij Nederlands?
-Omdat ik nu in Nederland woon. Het is belangrijk dat ik Nederlands ken.
Waarom is dat zo belangrijk?
-Op school, op het werk, in de winkel, overal spreekt men Nederlands.
Hoe leer je Nederlands?
-Ik volg les op een school. We gebruiken een boek en cassettes. De kleur van het boek is groen. We noemen dat boek daarom “Het Groene Boek”.
Preten jullie veel?
-O ja. De leraar stelt vragen: “Hoe heet jij?”, “In welke stad of in welk dorp woon jij?”, “Waar ben je geboren?”, “Waarom leer je Nederlands?”.
En wij geven antwoord. De leraar spreekt langzaam en duidelijk. Hij spreekt niet snel.
En vind je Nederlands een moeilijke taal?
-Nee, Nederlands is niet moeilijk. Ik vind Nederlands tenminste geen moeilijke taal.
En vind Nederlands gemakkelijk. Alle talen zijn trouwens gemakkelijk.
Kleine kinderen leren een taal zonder les en zonder boek.
Maar ze luisteren wel goed.
******
Waarom leer jij Nederlands? |Porquê aprendes tu Holandês?
-Omdat ik nu in Nederland woon. Het is belangrijk dat ik Nederlands ken. |Porque eu agoro vivo na Holanda. É importante que eu aprenda Holandês.
Waarom is dat zo belangrijk? |Porque é que é assim tão importante?
-Op school, op het werk, in de winkel, overal spreekt men Nederlands. |-Na escola, no trabalho, nas lojas, em todo o lado as pessoas falam Holandês.
Hoe leer je Nederlands? |Como aprendes Holandês?
-Ik volg les op een school. We gebruiken een boek en cassettes. De kleur van het boek is groen. We noemen dat boek daarom “Het Groene Boek”. |Eu estou a ter aulas numa escola. Nós utilizamos um livro e casetes. A cor do livro é verde. Por isso é que o chamamos “O Livro Verde”.
Preten jullie veel? |Vocês falam muito?
-O ja. De leraar stelt vragen: “Hoe heet jij?”, “In welke stad of in welk dorp woon jij?”, “Waar ben je geboren?”, “Waarom leer je Nederlands?”. |Ah sim, o professor faz perguntas: “Como te chamas?”, “Em que cidade ou aldeia moras tu?”, “Onde é que nasceste?”, “Porque é que aprendes Holandês?”.
En wij geven antwoord. De leraar spreekt langzaam en duidelijk. Hij spreekt niet snel. |E nós respondemos. O professor fala devagar e é explicito. Ele não fala depressa.
En vind je Nederlands een moeilijke taal? |E achas o Holandês uma língua dificil? |
-Nee, Nederlands is niet moeilijk. Ik vind Nederlands tenminste geen moeilijke taal. |-Não, o Holandês não é dificil. Pelo menos eu não acho Holandês uma língua dificil.
En vind Nederlands gemakkelijk. Alle talen zijn trouwens gemakkelijk. |E acho o Holandês facil. Todas as línguas são faceis.
Kleine kinderen leren een taal zonder les en zonder boek. |Crianças pequenas aprendem a língua sem aulas e sem livros.
Maar ze luisteren wel goed. |Mas eles ouvem bem.
Waarom leer jij Nederlands?
-Omdat ik nu in Nederland woon. Het is belangrijk dat ik Nederlands ken.
Waarom is dat zo belangrijk?
-Op school, op het werk, in de winkel, overal spreekt men Nederlands.
Hoe leer je Nederlands?
-Ik volg les op een school. We gebruiken een boek en cassettes. De kleur van het boek is groen. We noemen dat boek daarom “Het Groene Boek”.
Preten jullie veel?
-O ja. De leraar stelt vragen: “Hoe heet jij?”, “In welke stad of in welk dorp woon jij?”, “Waar ben je geboren?”, “Waarom leer je Nederlands?”.
En wij geven antwoord. De leraar spreekt langzaam en duidelijk. Hij spreekt niet snel.
En vind je Nederlands een moeilijke taal?
-Nee, Nederlands is niet moeilijk. Ik vind Nederlands tenminste geen moeilijke taal.
En vind Nederlands gemakkelijk. Alle talen zijn trouwens gemakkelijk.
Kleine kinderen leren een taal zonder les en zonder boek.
Maar ze luisteren wel goed.
******
Waarom leer jij Nederlands? |Porquê aprendes tu Holandês?
-Omdat ik nu in Nederland woon. Het is belangrijk dat ik Nederlands ken. |Porque eu agoro vivo na Holanda. É importante que eu aprenda Holandês.
Waarom is dat zo belangrijk? |Porque é que é assim tão importante?
-Op school, op het werk, in de winkel, overal spreekt men Nederlands. |-Na escola, no trabalho, nas lojas, em todo o lado as pessoas falam Holandês.
Hoe leer je Nederlands? |Como aprendes Holandês?
-Ik volg les op een school. We gebruiken een boek en cassettes. De kleur van het boek is groen. We noemen dat boek daarom “Het Groene Boek”. |Eu estou a ter aulas numa escola. Nós utilizamos um livro e casetes. A cor do livro é verde. Por isso é que o chamamos “O Livro Verde”.
Preten jullie veel? |Vocês falam muito?
-O ja. De leraar stelt vragen: “Hoe heet jij?”, “In welke stad of in welk dorp woon jij?”, “Waar ben je geboren?”, “Waarom leer je Nederlands?”. |Ah sim, o professor faz perguntas: “Como te chamas?”, “Em que cidade ou aldeia moras tu?”, “Onde é que nasceste?”, “Porque é que aprendes Holandês?”.
En wij geven antwoord. De leraar spreekt langzaam en duidelijk. Hij spreekt niet snel. |E nós respondemos. O professor fala devagar e é explicito. Ele não fala depressa.
En vind je Nederlands een moeilijke taal? |E achas o Holandês uma língua dificil? |
-Nee, Nederlands is niet moeilijk. Ik vind Nederlands tenminste geen moeilijke taal. |-Não, o Holandês não é dificil. Pelo menos eu não acho Holandês uma língua dificil.
En vind Nederlands gemakkelijk. Alle talen zijn trouwens gemakkelijk. |E acho o Holandês facil. Todas as línguas são faceis.
Kleine kinderen leren een taal zonder les en zonder boek. |Crianças pequenas aprendem a língua sem aulas e sem livros.
Maar ze luisteren wel goed. |Mas eles ouvem bem.
Sem comentários:
Enviar um comentário